top of page
_edited.png
Hoe hoort het?
Tafelmanieren uitgelicht.

 

Door de opkomst van de vele horecagelegenheden, het veelvuldig buitenshuis eten van de huidige generatie waarbij snel het belangrijkste is, zijn de tafelmanieren van weleer nogal in de vergetelheid geraakt. Vandaar ook dat leokooktgewoon enkele algemene richtlijnen geeft, gezien je maar nooit weet in welk voornaam gezelschap je in de toekomst zou kunnen verkeren, waar goede tafelmanieren een pré zijn. Weliswaar kunnen tafelmanieren per land of streekverschillen, maar als u het volgende in acht neemt zal niemand u van slechte tafelmanieren betichten.

 

Een van de belangrijkste regels is dat, hoe gering de ruimte aan tafel ook mocht zijn, u uw buurman niet hindert of met de ellebogen port.

Het servet legt u bij de aanvang van het diner in een driedubbele strook over de knieen. Na afloop van het diner legt u het naast uw bord, zonder dat u deze opvouwt.

Wacht met eten tot iedereen bediend is, heeft opgeschept of uw gastheer/-vrouw het sein daartoe geeft. U trof uw bord aan de rand van de tafel aan, houd het daar!

Begin niet royaal met specerijen te strooien. Dit is uitermate onbeleefd tegenover degeen die het diner bereidde. Proef eerst en als en als u dan meent het op te spijzen doe het dan met mate.

Eet onhoorbaar en met gesloten mond. Praat niet met volle mond!

Houd uw lepel in onderhandse greep en eet uw soep van de lange kant van de lepel. Wip uw bord niet op om ook het allerlaatste beetje, hoe lekker ook, te kunnen opscheppen. Tijdens de soep en in het algemeen als u uw linkerhand niet gebruikt, rust deze naast uw bord op tafel – let wel: uw hand, niet uw arm.

 

Vork en mes houdt u in bovenhandse greep, het mes rechts. Breng het voedsel met de vork naar uw mond: het mes mag deze nooit raken!

Wanneer u uw bestek even niet gebruikt, houdt u dit niet als steekwapen omhoog. Laat het naar uw bord wijzen.

Groenten en aardappelen worden niet geprakt of gemengd.

Begin niet uw vlees klein te snijden, maar snijd wanneer u een stukje vlees neemt af.

Als u met uw tafelbuur wilt praten, als er een toespraak gehouden wordt of om welke reden dan ook het eten onderbroken wordt, legt u het mes en vork gekruist op uw bord, de tanden van de vork naar beneden. Het bestek mag daarbij niet op tafel rusten.

Als u ophoudt met eten, legt u mes en vork naast elkaar schuin van rechts beneden naar links boven op het bord, de tanden van de vork omlaag gericht.

Wanneer u tijdens het diner iets nodig hebt, dat u van uw plaats niet kunt bereiken zonder, voor degene die naast u zit langs te reiken, verzoekt u haar of hem het aan u door te geven.

Neem niet te veel op uw bord. Het getuigt niet van goede manieren om restjes op uw bord achter te laten. Eet uw bord leeg maar schraap het niet schoon! Aardappels mag u niet snijden, u maakt ze zonodig klein met uw vork.

 

Als uw gastheer of gastvrouw toestemming verleent, kunt u eventueel botjes afkluiven. Meestal zijn er speciale bordjes of schaaltjes geplaatst om de restjes opp te leggen en citroenwater voor uw vingers te reinigen.

Graten neemt u met twee vingers tussen uw lippen weg en legt u op de rand van uw bord of daarvoor bestemd schaaltje. Pitten van kersen of pruimen deponeert u uit uw mond in het holletje van uw gesloten rechterhand en vervolgens op uw bord.

Neem een wijnglas onder de kelk bij de steel, maar drink pas nadat u met uw servet uw liepen hebt gereinigd.

Rook tijdens het diner of tussen diversen gangen niet. Dit mag pas na het nagerecht tenzij uw tafelgenoten of de gastheer/gastvrouw daar toestemming voor geven.

Wanneer onverhoopt blijkt dat uw tafelmanieren niet toereikend blijken kijk dan onopvallend hoe uw tafelgenoten deze voor u oplossen.

bottom of page